fbpx

Artikelen

Artikelen2020-07-13T10:08:26+00:00

Achtergrondinformatie over zelfkennis, triggers, stoppen met roken, spanningsklachten, sociaal panorama en teleurstelling voorkomen.

Klik hieronder op de links om direct naar het betreffende onderdeel te gaan.

  1. Zelfkennis.
  2. Triggers.
  3. Stoppen met roken, overtuigingen achter een verslaving
  4. Spanningsklachten
  5. Sociaal Panorama, gedachtemensjes
  6. Teleurstelling voorkomen

1. ZELFKENNIS

Zelfkennis is belangrijk om problemen op te kunnen lossen, conflicten uit te praten, je grenzen te laten zien, zelfverzekerd te zijn.

zelfkennisDoor zelfkennis krijg je persoonlijke en spirituele groei.

Wat is zelfkennis precies? Wie ben je, wat vind je en waarom. Kun je jouw eigen mening duidelijk maken met goede argumenten?

Een stapje op de weg naar zelfkennis is dat je jouw eigen overtuigingen kent en weet waar die vandaan komen.
Een overtuiging is iets waarin je gelooft. Iets waarvan jij denkt dat het de waarheid is.
De meeste overtuigingen zijn onbewust en heb je meegekregen van ouders, opvoeders, familie, school, vrienden.
Als je die overtuigingen leert kennen ga je jezelf meer begrijpen en kun je jouw overtuigingen eens kritisch of positief bekijken.

Ga je nog een stap verder dan kom je jouw eigen identiteit tegen, wie ben ik?
Bijvoorbeeld, ik ben… goed, slecht, gemeen, lief, slim, dom, uitbundig, verlegen, hard, gevoelig, open, gesloten enz. Maar…. ben jij dat wel?
Hoe komt het dat je zo over jezelf denkt? Door wie en waar heb je dat ooit geleerd?

Soms identificeren mensen zich met een beroep, voetbalclub, woonplek, een rol, een beroemd persoon.
Dan zeggen ze bijvoorbeeld: Ik ben juf, advocaat, bakker, ajaxied, Feyenoorder, Katwijker, Twentenaar, Nederlander, Turks, moeder, vader, oma, zoon, dochter, de broer…of de vriend(in) van (een bekend persoon).
Ben je dat dan?
Nee, dit is wat je doet, waar je fan van bent, waar je woont, welke rol je op dat moment hebt.

Als je erg geïdentificeerd bent met een sportclub en ze verliezen, dan verliest niet alleen je club maar dan voel jij jezelf ook een verliezer, soms uit dat zich weer in woede als je niet tegen je verlies kan.
Wanneer je erg geïdentificeerd bent met je beroep en je verliest je baan, verlies je een stuk van jezelf en voelt dat misschien minderwaardig of persoonlijk afgewezen.
Ben je geïdentificeerd met je geboorteplaats of land, is het soms lastig om je thuis te voelen of aan te passen in een andere woonplaats of in een ander land.

Als mensen moeder of vader zijn geworden, kunnen ze veranderen doordat ze zich nu identificeren met de moeder- en/of vaderrol. Familie of vrienden komen daardoor op een andere plek te staan.

ouders met baby
Het kind staat nu op de eerste plaats.

Als er iets is wat jou een negatief gevoel geeft over jezelf, kijk dan eerst naar wat je over jezelf zegt en denkt.
Vraag je af van wie je dat hebt geleerd of door welke gebeurtenis je zo over jezelf bent gaan denken?

Door hiernaar te zoeken en dit samen met een therapeut te veranderen kun je anders en/of positiever gaan denken en voelen.

2. TRIGGERS

Wat is een trigger en hoe werkt dat?

Men wordt getriggerd als een situatie, een (vaak oud) gevoel oproept zoals irritatie, woede, angst, onmacht, verdriet, schaamte maar ook blijdschap.
Vanuit dat gevoel reageert men met een bepaald gedrag. Soms past dit gedrag niet bij de situatie waarop men reageert.

bijten

Als het gedrag geen volwassen reactie is of een te felle reactie is, is het gevoel wat getriggerd wordt vaak ontstaan op jonge leeftijd.
Iemand laat een kindreactie zien, peuters bijten of schoppen soms omdat ze nog niet op een andere manier weten te reageren.
Vervolgens gaat men het gedrag ontkennen.
Mensen doen dat omdat men met het volwassen verstand wel weet dat die reactie verkeerd was, maar daar geen verantwoordelijkheid voor willen  nemen.
Dan loopt men weg of geeft de schuld aan een ander.
Door dit gedrag probeert  men schulgevoel  te vermijden en onder de gevolgen van verkeerd gedrag uit te komen.
Zo kan er een negatief gedragspatroon ontstaan dat voortkomt uit een trigger.

Een trigger is iets, vaak van buitenaf, wat een gevoel, een emotie oproept, soms zonder duidelijke oorzaak.


Chantal
Een cliënte van 38 jaar, raakte regelmatig in paniek en wist niet waardoor. We zochten samen naar de onbewuste trigger.

kinderangst Het bleek dat ze een paniekaanval kreeg als de buren ruzie hadden en de deuren hard dichtsloegen.
Vooral de klap van de dichtslaande deur veroorzaakte de paniekreactie.
Op dat moment voelde Chantal zich weer de angstige kleuter die naar haar kamer gestuurd werd als haar ouders ruzie hadden.
Ze lag daar angstig te luisteren naar het geschreeuw, haar vader liep daarna meestal boos de deur uit en sloeg de deur hard dicht.
Chantal raakte dan in paniek, ze zat alleen in haar kamer hoorde haar moeder huilen en haar vader kwam misschien nooit meer terug.

Na hieraan gewerkt te hebben met hypnotherapie en NLP, verdween de trigger en reageerde Chantal niet meer op de ruziënde buren en andere harde geluiden

Een trigger kan dus van alles zijn, een geluid, iemands stemtoon, kritiek krijgen, hoe een ander naar je kijkt, schuldgevoel, een idee over iets.
Vaak is dit onbewust, een trigger geeft je een naar gevoel in een situatie of door iemand in je omgeving.

Als je bij jezelf ontdekt dat je ergens door getriggerd wordt, stel jezelf dan eens deze vragen:

1. voel ik mij nu volwassen en is mijn reactie volwassen? Een volwassen reactie is, dat je goed over een situatie nadenkt en en rustig reageert.
2. voel ik mij als kind of puber en reageer ik ook zo? Reactie is vaak vanuit een emotie, te heftig, ontwijkend, je kan niet meer goed nadenken en zegt of  doet dingen die je eigenlijk niet wil zeggen of doen.

3. OVERTUIGINGEN achter een verslaving.

Wil je stoppen met roken?

roken

Zoek uit aan welke onbewuste overtuigingen je sigaretten hebt gekoppeld.
Bijvoorbeeld: als ik rook dan…kan ik mij ontspannen,
of uitstel, nog 1 sigaret en dan ga ik..….
of…….even rookpauze nemen, komt ook veel mensen bekent voor.
Denk eens aan je 1e sigaret. Had je die nodig om er bij te horen, of om stoer te doen of om je af te zetten tegen je ouders?

Ooit heb je de sigaret ergens voor gebruikt,
je hoorde er bij, wat een stoer gevoel kreeg je en wat een goed excuus was die sigaret om te pauzeren of om iets uit te stellen wat lastig was.
Het lukte!!
Dus is er een onbewuste koppeling ontstaan tussen een overtuiging en een sigaret.
De overtuiging is de verslaving, nicotine is na 2 tot 3 weken uit je lichaam maar de overtuiging blijft bestaan en daar vecht je tegen.

Stop met het gevecht!

Zoek eerst uit welke overtuigingen er achter jouw sigaretten zitten.

Heb je echt nog een sigaret nodig om te ontspannen of pauze te mogen nemen? Wil je nog steeds stoer zijn met een sigaret? Hoor je er nog wel bij als je rookt?

Nee?peuk01

Dan kun je al heel wat sigaretten achterwege laten.

Hoe meer overtuigingen je begrijpt en veranderd hoe minder trek je krijgt in sigaretten.

Ook voor andere verslavingen kun je uitzoeken welke overtuiging er achter de verslaving zit.

Voor verslavingen aan alcohol is het niet alleen psychisch, alcoholverslaving zit ook in je lichaam en is blijvend.
Het helpt natuurlijk wel om te stoppen met drinken, als je weet waarom je drinkt en dit oplost.

4. SPANNINGSKLACHTEN

Cliënte van haar spanningsklachten afgeholpen, in 8 afspraken hieraan gewerkt, tijdens de laatste afspraak vertelde Inge dat het heel erg goed gaat. Ze heeft geen lichamelijke klachten meer! In 6 maanden tijd.

Inge liep al jaren met spanningsklachten. Ze deed teveel met 3 kleine kinderen en veel werk in het bedrijf van haar vader. Inge maakte zich overal druk om. Ze had last van lawaai, kritiek, nam teveel op zich voor anderen. Inge kon niet ontspannen en genieten van leuke dingen. Op advies van haar arts moest ze minder gaan werken. Toch kwam Inge uiteindelijk in het ziekenhuis terecht, haar fysieke klachten waren zo erg dat ze er mee moest leren leven.

Gelukkig zag Inge dit zelf anders en kwam bij mij om hulp.

Na de intake, hebben we eerst een duidelijk doel bepaald. Vervolgens zijn we naar de oorzaak gaan kijken. In die sessies werken we vooral met onbewuste oude patronen, overtuigingen en gevoelens. Door dit te veranderen verdwijnen de klachten. Vooral de eerste 3/4 consulten zijn best heftig er komen emoties naar boven die jaren weggestopt zijn. Na een dergelijk sessie is er ook opluchting en door direct het nare gevoel in een positief gevoel te veranderen ging Inge toch iedere keer met een goed gevoel naar huis.

We hebben daarnaast ook aan inzicht, zelfkennis en communicatie gewerkt. Dit geeft begrip naar jezelf en anderen. Je krijgt meer zelfvertrouwen als je begrijpt hoe en waarom mensen op een bepaalde manier denken en reageren. Door anders te communiceren naar jezelf en anderen is het makkelijker om je te uiten en je grenzen aan te geven op een positieve manier.

Nu zit Inge lekker in haar vel, denkt positief, kan ontspannen en genieten. Ze heeft een goede balans gevonden in werk en privé. Inge maakt zich niet meer druk om kleine dingen waar ze eerst nachten van wakker lag.

5. SOCIAAL PANORAMA (Mental Space Psychology)

Hoe jij jezelf en anderen op onbewust niveau een plek in jouw wereldbeeld geeft. Dit kan jou een zeker of onzeker gevoel in sociale situaties geven.

Gedachtemensjes

Geef iemand een pop, en hij of zij weet er meteen een sociaal wezentje van te maken. Je hebt het vast zelf ook wel eens gedaan: met een grappig ander stemmetje praten, namens de pop. En dan vertellen wat het poppetje wil, voelt, gelooft en hoe het zichzelf ziet… En misschien zie je dat ook nog dagelijks om je heen, wanneer je zoontje met zijn robotachtige poppetje speelt en roept: ‘Ik ben hier om het kwaad op aarde te bestrijden.’ Of wanneer je dochter met haar vriendinnetje de Barbies laten praten.

In onze gedachten kunnen we een persoon maken van alles wat we maar willen: van een pop, een poes, een broodrooster en vooral ook van echte mensen van vlees en bloed.
Eigenlijk een heel ingewikkeld proces en toch kunnen bijna alle kinderen en natuurlijk ook volwassenen het. Ze weten dat een persoon, ergens een plek in de wereld inneemt, een naam heeft, gevoelens ervaart, te zien is, gedachten heeft, taal beheerst, zelfbesef heeft en ook nog allerlei andere vermogens heeft. Al deze dingen moeten aanwezig zijn in een gedachtemens, om iemand als een volwaardig persoon te kunnen beschouwen.
Dit is onmisbaar in contacten met anderen. De ander is dan in iemands gedachten geen dood ding maar een gelijke waarmee men ervaringen en informatie kunt delen.

Ooit heeft men als kind, van ouders, broers, zussen, andere familieleden, de juf op school, vrienden en vijanden eigen gedachtemensjes gemaakt. Al die gedachtemensjes zijn onbewust bij iedereen aanwezig. Zitten daar veel fijne liefdevolle mensen tussen dan zal dit een positief gevoel geven. Heeft iemand veel negatieve personen (gedachtemensjes) in zich opgenomen dan zal dit eerder een negatief gevoel opleveren.
Men kan zich er bewust van worden door aan iemand te denken en te ervaren waar in de ruimte om zich heen die persoon zichtbaar wordt.

Van een ding een gedachtemens maken.
Het maken van mensjes in je gedachten, hoeft zich niet alleen te beperken tot echte anderen. Ook dode objecten, zoals knuffels kunnen in je gedachten dezelfde behandeling krijgen als levende mensen. Men kan met huisdieren, kamerplanten, speelgoed, de zaak, een mobieltje, de auto en een computerspel een menselijke relatie hebben.

Denk maar eens aan wat er gebeurt bij het lezen van een roman. Want daarbij gaat het eigenlijk om niets anders dan het bekijken van letters en woorden. De lezer zelf brengt de held van het verhaal tot leven; het is niet de schrijver die dat doet. Pas als de tekst de lezer verleidt om bijna echte mensen achter de woorden te fantaseren, wordt het verhaal interessant. In de film is het net zo, denk maar aan een Disney film, getekende figuren die haast net zulke heftige emoties oproepen als wanneer ze echt waren.

Onbewuste plek
Heel belangrijk is de plek die er aan zo’n gedachtemens wordt gegeven.
Dat betekent meestal dat de dierbare mensen dichtbij worden gezien, machtige mensen hoog en vijanden ergens ver weg. De plek van de gedachtemens is beslissend over hoe men met iemand omgaat en hoe men zichzelf bij die persoon voelt.
Ziet men iemand heel dichtbij, zou dat een gevoel van liefde kunnen geven.
Is in iemands onbewuste beeld een vijand heel dichtbij en hoog dan kan dit angstgevoelens oproepen.
Zo zal een kind wat #gepest wordt, de #pester meestal dichtbij en groot voor zich zien.

 Ik-gevoel en zelfbeeld
Wanneer mensen over zichzelf nadenken, doen ze hetzelfde als wanneer ze over anderen denken. Daarbij gaat het om de gedachten van de eigen plaats, de eigen gevoelens, de eigen ideeën etc.
Men kan zichzelf voelen, dit noemen we het ik-gevoel. Meestal voelt men het ik-gevoel ergens in het lichaam zoals in de buik of borststreek.
Men kan ook een beeld van zichzelf zien, dit noemen we het zelfbeeld.
Meestal ziet men het zelfbeeld ergens tussen andere mensen in.
Dit zelfbeeld functioneert volledig onbewust maar is enorm belangrijk in het sociale verkeer.

 Men kan in elke situatie een ander zelfbeeld hebben.
Iemand kan een positief zelfbeeld in relatie met een partner hebben en zich thuis zelfverzekerd voelen. Dezelfde persoon kan bij collega’s een negatief zelfbeeld hebben en zich daardoor onzeker voelen in de werksituatie.

Wanneer iemand geen goed zelfbeeld heeft, kan hij zichzelf niet tussen de anderen plaatsen, iets dat voor grote onzekerheid zorgt (en soms voor acute sociale angsten). Bijvoorbeeld in een nieuwe sociale situatie waar iemand er geen idee van heeft wie hij is tussen al die anderen. Iemand weet dan niet hoe hij zich moet gedragen en voelt zich daar misschien niet veilig.

Samenvattend
Mensen hebben het onbewuste vermogen om gedachtemensjes te maken, van anderen en van zichzelf.
Men kan over de anderen denken terwijl deze er in werkelijkheid niet zijn.
Men kan in fantasie met andere mensen bezig zijn, zonder dat de “echte” anderen ervan weten.
Mensen kunnen denken dat anderen ze wel of niet aardig vinden terwijl dit de eigen gedachtemensjes zijn.
Iemand kan bang en onzeker zijn voor en door de eigen gedachtemensjes.
Mensen kunnen anderen (hun eigen gedachtemensjes) liefhebben, haten, verafschuwen, negeren etc.
Eenmaal gecreëerde gedachtemens kun je niet meer wegdenken.

Veranderen
Het is wel mogelijk om gedachtemensjes, het ik-gevoel en zelfbeelden op een positieve manier te veranderen met behulp van een sociaalpanorama consulent. Dit is een door mij (Jacqueline Heemskerk) gemaakte eenvoudige versie van het meer wetenschappelijk geschreven artikel: Gedachtemensjes. Een introductie in de onbewuste sociale cognitie, door drs. L.A.C. Derks.

Lucas Derks is sociaal-psycholoog en NLP-trainer. Hij specialiseerde zich op het gebied van de onbewuste sociale cognitie en ontwikkelde het sociaal panorama model.

Het originele artikel, informatie over het sociaal panorama en de lijst van erkende consulenten kan men vinden op www.sociaalpanorama.nl
Al deze consulenten zijn ook minimaal NLP-practitioner. Informatie over NLP opleidingen www.iep.doc

Voor professionals en iedereen die interesse heeft in Mental Space Psychology, bezoek dan www.somsp.com

6. TELEURSTELLING VOORKOMEN

Iedereen heeft weleens te maken met teleurstelling, wat kun je hieraan doen?

Wat kun je voelen als je teleurgesteld bent?

  • irritatie
  • boosheid
  • verdriet
  • onrecht
  • machteloosheid
  • angst

Gevolgen hiervan kunnen zijn,

  • Piekeren
  • Negatief worden
  • Angst voor teleurstelling, niets meer durven
  • Terughoudendheid naar anderen
  • Geen doelen meer durven stellen
  • Geen toekomst meer (durven) zien
  • Somber voelen of zelfs depressief
  • Lichamelijke klachten zoals hoofdpijn, buikpijn, spanningsklachten.
  • Eetproblemen zoals emotie eten en daardoor dik worden.

 Hoe zorg je er voor dat je niet of minder teleurgesteld wordt.

Het zit hem vooral in je verwachtingen.
Je raakt teleurgesteld als je verwachtingen niet uitkomen.

Hoe kom je aan je eigen verwachtingen?
Je spreekt met jezelf iets af en hebt daarbij een bepaalde uitkomst bedacht.
Je hebt veel doelen en ideeën die je graag wilt bereiken. Je hebt alleen het eindresultaat in je gedachten.
Je spreekt met een ander iets af maar die ander doet niet wat jij verwacht.
Je verwacht iets van een ander en die ander heeft geen idee dat jij dat verwacht.

Stel je verwachtingen bij.

  • Als je steeds hetzelfde doet dan kun je verwachten dat je steeds dezelfde uitkomst krijgt. Doe iets op een nieuwe manier of zoek hulp.
  • Wees eens nieuwsgierig naar de uitkomst zonder dit in te vullen. Geen verwachting hebben.
  • Hoe weet je zeker dat wat je verwacht, ook krijgt? Zijn er nog meer uitkomsten mogelijk?
  • Je hebt teveel doelen maar het is niet erg duidelijk wat je echt wilt. Maak een duidelijk doel en kijk hoe je dit kunt bereiken.

Als het met een ander te maken heeft:

  • Ben je duidelijk geweest in je afspraken. Als jij het hebt over iets leuks heb je daar een bepaald idee bij, een ander kan aan iets heel anders denken. Dus wees specifiek in wat je bedoelt.
  • Zijn jullie afspraken van lang geleden, het kan zijn dat jij of de ander veranderd is, maak nieuwe duidelijke afspraken.
  • Wat jij van de ander verwacht, wil diegene dat wel geven of doen? Bespreek het.
  • Hoe weet je dat iemand anders je gaat geven wat je verwacht, heb je dat zelf bedacht of heeft de ander dat duidelijk verteld?

Lukt het je ondanks deze tips niet om je doelen en verwachtingen bij te stellen, maak dan een afspraak.

Sommige dingen zijn moeilijk om alleen op te lossen. Het kunnen oude onbewuste patronen zijn die net als een computerprogramma automatisch steeds opnieuw starten. Die patronen kunnen veranderd worden.